De geschiedenis van Kommandørgården op Rømø is rijk en fascinerend. De boerderij, die nu een museum is, dateert uit de 17e eeuw en was eigendom van dezelfde familie gedurende 12 generaties. Het woord ‘kommandør’ komt van het Nederlandse woord voor kapitein van walvisvaarders, wat de historische banden met de walvisvangst benadrukt.
In de 18e eeuw werd de boerderij herbouwd door Karen Pedersdatter en haar schoonzoon, de zeeman Harcke Thadens. Het huis was oorspronkelijk twee verdiepingen hoog, maar werd in 1770 omgebouwd tot de huidige structuur door Margaretha, de dochter van Karen, en haar tweede echtgenoot Hans Peter Hansen, een kantkloswerkhandelaar.
De welvaart van de familie was voornamelijk te danken aan de zeevaart, met mannen en jongens die werkten op walvisvaarders of handelsschepen in verschillende rollen, van kommandør tot matroos en stuurman. De landbouw speelde slechts een secundaire rol tijdens de bloeiperiode van de zeevaart op Rømø.
Kommandørgården is nu een beschermd erfgoed en maakt deel uit van het Nationalmuseum. Het is open voor het publiek tijdens de paasperiode en van mei tot oktober. Bezoekers kunnen er een kijkje nemen in het leven van de 18e eeuw, met authentieke interieurs, Nederlandse tegels en zelfs het skelet van een potvis die in de jaren '90 aanspoelde.
Bij een bezoek aan Rømø is Kommandørgården zeker een plek om om te onthouden. Er is veel te zien in de boerderij en we zijn er twee keer door heen gegaan.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten